
Estes Park - Morrill Nebraska
Bergen sneeuw, grasvlaktes en een onverwachte wending.
Vandaag kregen we nog een dag de kans om van de Rocky Mountains te genieten. Na een lekker en uitgebreid ontbijt in het hotel reden we naar het Nationale park. W zouden een wandeling maken bij Bear Lake. Jammergenoeg hadden meer mensen hetzelfde idee, en stond elke parkeerplaats vol. (later op de dag zou de weg ernaartoe zelfs volledig afgesloten worden. Wij hadden dan wel het geluk om onderweg een beer te spotten. Niet zomaar een vluchtige ontmoeting. Neen hij zette zich rustig achter een steen te wassen. We konden vanop een relatief grote afstand toch duidelijk elke beweging volgen. We beseften toen nog niet hoe uniek deze ervaring was. Later hoorden we een Ranger zeggen dat er maar 30 beren in dit nationale park met een grote van meer dan 500 vierkante km leven. Van de herten leven er 1500 en toch hebben we er daarvan maar twaalf gezien, zes mannetjes met grote geweien en zes vrouwtjes zonder. Dit plaatst onze ontmoeting met de beer in een nog breder perspectief.
​
We konden dan wel niet wandelen rond Bear Lake, maar ons plezier werd er zeker niet minder door. We zagen snelstromende rivieren, besneeuwde bergflanken en veel, zeer veel andere toeristen. Het leek wel of iedereen hier vandaag moest zijn. In het alpine visitor center spraken we met een Ranger die uitlegde dat hier jaarlijks wel 4,5 miljoen bezoekers komen en dat dit aantal ook elk jaar stijgt. Bij het bezoekerscentrum was ook een grote souvenirwinkel met een prachtig uitzicht op de bergen. De Dollars wisselden gemakkelijk van eigenaar, en iedereen was tevreden met zijn nieuwe aanwinst. Tijd voor een lichte snack en nog meer grappen en grollen. Ja hoor er wordt wat afgelachen op deze reis. We vallen steeds op door onze vrolijkheid en algemeen enthousiasme. Zo raken we ook heel snel aan de praat met mensen die we tegenkomen. We hebben immers een aantal perfecte promotors van België mee, die maar wat graag meer uitleg geven. We hebben al veel mensen verwonderd laten luisteren naar ons verhaal.
​
Na nog een aantal fotostops en babbels met mensen werd het tijd om de bergen in te ruilen voor de grasvlaktes. De 300 km die we hiervoor moesten afleggen waren allesbehalve saai. De eerste 50km leek wel een decor uit een John Wayne film. Een weg naast een snelstromende rivier met aan beide zijden steile rotswanden. We gingen het heel normaal gevonden hebben als er plots een Indiaan of Cowboy in vol ornaat voor onze wagen gesprongen hebben.
Daarna kwamen we steeds tussen grote grasvelden terecht. Het verkeer werd ook almaar minder en de laatste 50 km leek het wel alsof we alleen op de wereld waren.
​
We aten in de diner voor het hotel. Lekker en voor iedereen voldoende. Daarna werd het tijd om in te checken. Dat lijkt eenvoudiger dan het is. Zeker als het hotel sinds enkele maanden van overkoepelende eigenaar is veranderd en hun computersysteem aan dementie lijdt voor boekingen voor de verandering. Gelukkig is alles op het internet terug te vinden en kregen we 12 kamers aangeboden. Klein detail, in plaats van twee bedden stond er maar 1 groot bed op de kamer. Nu ligt iedereen knus in zijn kamer te dromen van wat geweest is en wat komen gaat.